Doorontwikkeling beheer

We zijn ons bewust van de complexiteit van het beheer van de Trolleyinfrastructuur, waarbij de asset zich uitspreidt buiten de gemeentegrens en onderdeel uitmaakt van een opdracht van de provincie.

We moeten beter omgaan met deze bijzondere situatie, en zijn daarin lerende evenals de Provincie en de concessiehouder. De totstandkoming van dit beheerplan is daarbij een forse stap, waarin bewustwording van de beheerproblematiek en de omvang van ons asset duidelijk wordt.

Het is zeker niet de laatste stap, er moet nog veel gebeuren. Een goed voorbeeld is de laadvoorziening voor Trolley 2.0 op de Koningsweg, die al wel gerealiseerd is maar vooralsnog buiten de scope van de trolleyinfrastructuur lijkt te vallen. Daarnaast, als Trolley 2.0 de norm wordt, betekent dat, dat de infrastructuur op een andere manier kan worden gezet; er is immers minder bovenleiding nodig om de trolleybus te laten rijden. Dit biedt ook weer kansen voor uitbreiding van het netwerk; de huidige trolleyinfrastructuur kan bijvoorbeeld verplaatst worden naar plaatsen waar nu nog geen trolley rijdt, zoals andere gemeentes.

Tot slot zien we een risico in de kennisverdeling over deze asset. De inhoudelijke kennis van de trolleyinfrastructuur zit nu bij de concessiehouder. Omdat de kennis éénzijdig belegd is, beperkt dit in de ontwikkelingsmogelijkheden. De trolleyinfrastructuur wordt nu alleen gebruikt voor het basisgebruik, zijnde de dienstregeling, terwijl er ruimte is voor andere beleidsmatige doelstellingen en dit zal aangepast moeten worden in de nieuwe concessie.