Riolering
De algemene randvoorwaarden voor een goed beheer van de riolering uit het GRP5 zijn in een aantal concrete acties vertaald. Hieronder is aangegeven welke deze acties zijn en wat er mee is gedaan.
-
Het vervangen dan wel herstellen van 44km riolering.
Sinds 2014 is 41,7 km riolering hersteld (gerelined) dan wel vervangen.
-
Het aanpassen en vervangen van de gemalen Honigkamp en Vredenburg.
De gemalen Honigkamp en Vredenburg zijn aangepast.
-
Uitvoering geven aan het Actieplan Wateroverlast om wateroverlast te minimaliseren.
Op 2 november 2015 is het plan Wateroverlast Arnhem Noord door de Gemeenteraad vastgesteld. Het plan Wateroverlast Arnhem Noord is de basis voor alle maatregelen en projecten.
-
Het bij de ontwikkeling van Schuytgraaf aansluiten van de panden De Laar 12a, Achterstraat 12 en 16 op de riolering.
Het pand De Laar 12a is wegbestemd (bestemmingsplan Schuytgraaf , onherroepelijk). De panden Achterstraat 12 en 16 zijn, gelet op de vertraagde uitvoering van Schuytgraaf nog niet op de riolering aangesloten.
-
Het afgeven van goede vergunningen en het uitvoeren van adequaat toezicht en handhaving.
De handhavingstaak is neergelegd bij de Omgevingsdienst Regio Arnhem (ODRA). De uitvoering van de handhavingstaak (controleren van vetafscheiders bij horeca) blijkt moeilijk te zijn. De ODRA heeft aangeven het aantal beschikbare fte's (0,8 fte) voor deze taak terug te willen brengen (0,25 fte). Naar verwachting zal het rioolstelsel vaker verontreinigd raken en zal er meer gereinigd moeten worden. Er moet nog vastgesteld worden hoe het budget dat vrijkomt (minder personele inzet levert een kostenbesparing op) wordt ingezet (aanvullende handhaving, meer reinigen) om de negatieve effecten tegen te gaan.
-
Het uitvoeren van gemeentelijke zorgplichten.
-
-
De aanleg van een rioolstelsel in het stedelijk gebied voor de afvoer van afvalwater. Vanaf 2014 is er 13,1 km riolering bijgekomen. Dit komt voor een groot deel op het conto van Saksen Weimar en Schuytgraaf.
-
Verminderen grondwateroverlast. Hiervoor is een "loket" ingericht. Dit loket functioneert goed. Sinds 2014 zijn er enkele meldingen geweest. Uit onderzoek bleek dat deze meldingen van grondwateroverlast betrekking hadden op het particuliere terrein (bijvoorbeeld geen waterdichte keldermuur waardoor grondwater binnentreedt) en het geen taak is voor de Gemeente om een oplossing te realiseren.
-
Inzamelen hemelwater van particulieren. Hemelwater wordt waar nodig ingezameld en verwerkt. Hierbij wordt het beleid zoals vastgelegd in het Actieplan Wateroverlast gevolgd. Dit blijven wij zo doen.
-
Oplossen van ernstige gevallen van inpandige stankoverlast. In 2015 is onderzoek uitgevoerd naar de staat van de huisriolering van de panden die last hadden van inpandige stankoverlast. De bewoners zijn gewezen op verschillende manco's hierin. Sindsdien zijn de klachten over inwendige stankoverlast gestopt. Wel is er nog stankoverlast op straat. Er wordt overleg gevoerd met de veroorzaker en het bevoegd gezag in deze om een definitieve oplossing te bewerkstelligen.
-
Voorkomen risicovolle situaties door water op straat, het opstellen van het plan Wateroverlast Arnhem Noord. Maatregelen worden conform het plan Wateroverlast Arnhem Noord ontwikkeld. Daarnaast wordt bij iedere ontwikkeling het voorkomen van wateroverlast als randvoorwaarde meegegeven.
-
-
Het beheren van het rioolstelsel tegen de laagste maatschappelijke kosten.
Het beheren van de riolering is niet alleen het dagelijks onderhoud van de assets, maar ook het ontwikkelen en zo nodig bijstellen van een beheervisie. Bij ieder project wordt gekeken welke maatregel minimaal nodig is en wordt afgewogen of een integrale uitvoering mogelijk is.
-
Het inspecteren van 65 km riolering per jaar.
Geïnspecteerd is:
Jaar | Km geïnspecteerd |
2014 | 30,82 |
2015 - 2016 | 186 |
2017 | 43,7 |
2018 | 41,41 |
2019 | 58 |
2020 | 52,68 |
Totaal | 412,61 |
In de jaren 2015-2016 is het tekort aan inspecties van de voorgaande jaren ingehaald. Het gemiddelde in de periode van het GRP5 komt uit op 58,9 km per jaar. Het doel, 65 km riool per jaar inspecteren, is niet helemaal gehaald. Dat is, gelet op het huidige beleid om minder te gaan inspecteren, acceptabel.
-
Het repareren en reinigen van de rioolleidingen.
Reparaties aan de riolering worden op basis van inspecties uitgevoerd. Alvorens riolering te inspecteren worden deze gereinigd. Daarnaast wordt op 104 locaties (3,7km) het riool planmatig gereinigd om verstopping van het stelsel te voorkomen.
-
Het uitvoeren van onderzoek naar het functioneren van de riolering.
Er wordt onderzoek gedaan naar de oorzaken van wateroverlast. Hierbij worden de laatste technieken, het modelleren van de oppervlakkige afvoer van regenwater in relatie tot het functioneren van de riolering en het oppervlaktewater, gebruikt.
-
Het samenwerken met, onder andere de waterpartners.
Het samenwerkingsverband Rijn6 is medio 2018 beëindigd. Samenwerking met de waterpartners vindt plaats op basis van het afstemmen van beleid, (gezamenlijke) onderzoeken en projecten.