Bijlage 3: toelichting verkeerskundig beheer

Het verkeerskundig beheer bestaat uit de controle of de verkeerslichten nog veilig, geloofwaardig, efficiënt en effectief regelen volgens de vastgestelde regelstrategie en ontwerpuitgangspunten.

Periodieke controle

De CROW (publicatie 246) geeft aan dat elke 5 jaar een verkeerslicht geëvalueerd wordt en 1 keer per jaar een observatie en controle van de parameterinstelling. Dit is niet realistisch, zowel gelet op de bijbehorende kosten als personele inzet. In deze paragraaf wordt onze aanpak beschreven.

Wij maken in ons verkeerskundig onderhoud onderscheid in verschillende typen evaluaties:

• Inregelen

• Een QuickScan (solitair of netwerk)

• Een evaluatie van een solitair kruispunt

• Een netwerkanalyse.

Het inregelen vindt plaats kort na de inbedrijfstelling en bestaan uit een evaluatie op straat tijdens de ochtend- en avondspits en een dalperiode. Bij het inregelen wordt gekeken naar:

• Juiste instelling ontruimingstijden en garantietijden

• Optimalisatie van het regelprogramma door middel van parameterwijzigingen

De QuickScan beperkt zich in eerste instantie tot een bureaustudie waarbij met behulp de Kwaliteitscentrale de belangrijkste indicatoren worden bekeken. Deze indicatoren zijn:

• Intensiteit. Door een vergelijking te maken met de intensiteit van nu en van 2 tot 3 jaar geleden is een beeld te krijgen van de ontwikkeling in intensiteit en de verdeling van het verkeer over het kruispunt.

• Oververzadiging

• Wachtrijlengtes

• Wachttijden

Indien blijkt uit de QuickScan dat ook een evaluatie op straat nodig is, kan de QuickScan hier alsnog mee worden uitgevoerd. De QuickScan leidt tot een set van aanbevelingen voor de korte termijn zoals parameterwijzigingen of een aanpassing van de stappenrasters.

De evaluatie van een solitair kruispunt is uitgebreider en bestaat uit de volgende onderdelen:

• Een analyse met de Kwaliteitscentrale waarbij gekeken wordt naar de intensiteit, oververzadiging, wachtrijen, wachttijden en onnodig wachten

• Afwikkelingsberekening;

• Herberekening van de ontruimingstijden;

• Een observatie op straat waar wordt gekeken naar veiligheid, verkeersgedrag, oververzadiging, efficiëntie van de regeling en effectiviteit van de regeling.

Een netwerkwerkevaluatie bestaat uit een evaluatie van meerdere nabijgelegen kruispunten die invloed op elkaar hebben. Belangrijke toevoegingen ten opzichte van de evaluatie van een solitair kruispunt zijn:

• Naast een afwikkelingsberekening wordt ook de koppeling doorgerekend;

• De evaluatie van de kruispunten wordt op dezelfde dag uitgevoerd door verschillende personen;

• Bij de observatie wordt alleen niet naar de lokale afwikkeling gekeken maar ook naar de interactie tussen de verkeerslichten en de koppeling.

Een evaluatie voeren we 2 keer uit in een levenscyclus van een VRI:

• Na 7 jaar (halverwege levensduur);

• Na 13/14 jaar (1 tot 2 jaar voor vervanging).

Een QuickScan wordt tussentijds uitgevoerd indien (ongeveer na 3 jaar):

• Er veel klachten zijn of;

• Het een half-starre netwerkregeling betreft,

Bij zeer kleine kruispunten zoals een geregelde oversteekplaats (GOP), voeren we alleen een QuickScan uit vlak voor de vervanging. Deze scan bevat het heroverwegen we de VRI en controleren of de huidige vorm nog steeds de meeste optimale is. Een uitgebreide observatie is niet nodig.