Budgetten stedelijk onderhoud

Voor het budget voor de wijken moet worden opgemerkt dat vanuit het beleid het gewenste beheerniveau onder de gemiddelde landelijke onderhoudsnormering ligt. Dit leidt op termijn tot hogere herstelkosten. Zie hiervoor ook de monitoringsresultaten van de Benchmark groen bij hst 7.1.1 en de gevolgen van de bezuinigingen bij de terugblik in hst. 7.2.1

Droogte 2018,2019 en 2020: Watergeven jonge aanplant vanwege droge jaren vraagt extra budget en leid tot meer uitval en daarmee inboetkosten. De verwachting is dat de klimaatverandering de komende jaren ook voor extra uitgaven zal zorgen.

Ook bij het stadsgroen wordt een druk op de beschikbare uren ervaren, omdat de stadsdelen budgetten hebben uit meerdere disciplines is een tekort aan uren moeilijk specifiek aan groen toe te rekenen. De toename van gebruik en belangstelling voor het groen speelt ook in de wijken. Verschillende onderdelen zijn wel te benoemen; bestrijding invasieve exoten, meer bewonersvragen, meer communicatie, meer handhaving.

Onzekerheden in de budgetten:

  • Voorzieningen als banken, afvalbakken, en hekwerken; daar is geen beheerplan en groot onderhoud budget voor, deze staan nu wel bij de vakgroep wegen in de kaart.

  • Kosten onderhoud faunavoorzieningen zoals: amfibieschermen, amfibietunnels, toegangen tot wildviaducten, etc. Daar is ook geen beheerplan en groot onderhoud budget voor.

  • Bijzondere groenvoorzieningen binnenstad, de laatste laren zijn veel van deze voorzieningen aangelegd zoals verticaal groen, vaste plantenvakken en boombakken. Hiervan zijn nog niet goed de beheerkosten in beeld.