Ruigte

Een open terrein bedekt met overjarige kruiden. Om het terrein als ruigte te kunnen beheren en laten functioneren is een groot oppervlak gewenst met voldoende breedte.

Streefbeeld

  • De vegetatie bevat voornamelijk inheemse kruidachtige en grassen en bestaat vooral uit soorten die van nature op de locatie voor komen.

  • Incidentele spontane opslag van houtige gewassen is toegestaan, deze niet begeleiden. De oppervlaktebedekking hiervan is maximaal 5-10%.

Beheervoorwaarden

  • Beheer richten op minimale verstoring.

  • Spontane ontwikkeling van inheemse kruiden bevoordelen.

  • Gefaseerd maaien, maximaal 50% van de oppervlakte per jaar maaien.

  • Zeer extensief maaien 1x in de 2 á 3 jaar, maaisel afvoeren.

  • Maaitijdstip afstemmen op na te streven kruidensoorten.

  • Ongewenste houtige gewassen verwijderen.